Ambassadeurs van Mijnwater
“Mijnwater staat in mijn top 3 van belangrijke innovaties”
Janine Verweij, directeur van Geothermie Nederland, mist een belangrijk thema in de hele discussie rond de energietransitie. En dat thema is: warmte-opslag. Waar iedereen het vraagstuk netcongestie inmiddels wel kent, lijkt het opvangen van de piekvraag in de winter voor de energiesector een onderwerp dat het liefst vermeden wordt. En dat is nu juist een van de dingen die Verweij zo enthousiast maakt over het Mijnwater-concept.
Verweij: “Als je een top 3 zou maken van innovaties in onze sector, dan staat Mijnwater daar zeker in. Dat is vanwege het totaalconcept: diepe én ondiepe geothermie, de combinatie van warmte en koude, vraag en aanbod wordt afgestemd, het net is in hoge mate gedigitaliseerd. Kortom: Mijnwater is een van de paradepaardjes van de geothermie, waarbij Mijnwater natuurlijk breder is dan geothermie. Mijnwater doet dingen die niemand anders doet. Je ziet dat ook aan de interesse in het buitenland voor Mijnwater, de Europese subsidies die Mijnwater krijgt, hoe vaak Mijnwater als spreker wordt gevraagd voor conferenties. Logisch, want het verdient die aandacht ook.”
Geen enkel hokje dat past
Verweij erkent meteen dat juist dat nieuwe totaalconcept het soms ook lastig maakt. Mijnwater valt niet in een bestaand hokje te stoppen. “Die combinatie van diep en ondiepe geothermie sluit niet aan bij de huidige regelgeving. Het is ook meteen een duidelijk signaal aan de overheid: als je wilt dat 5e generatie netwerken groeien, moeten de regels aangepast worden. We gaan veel meer ondiepe geothermie zien in de toekomst, het is de nieuwe tak van sport in moderne warmtenetten. Een combinatie van diep en ondiep en opslag van midden- en hoge temperaturen; het is de toekomst.”
De kunst is combineren
Anders gaan kijken naar geothermie en warmtenetten is niet alleen noodzakelijk bij de rijksoverheid, maar ook bij gemeenten en woningcorporaties. “We moeten af van het stereotype beeld van stadsverwarming waar restwarmte uit industrie wordt benut. Moderne, 5e generatie warmtenetten zijn niet langer een simpele optelsom van een bron, een net en afnemers. Mijnwater heeft een totaal andere benadering, waar afnemers ook leveranciers zijn, waar warmte en koude elkaar in balans houden en waar verschillende technieken worden gecombineerd. Daardoor is het bij uitstek geschikt voor een stedelijke omgeving waar woningen gecombineerd worden met utiliteit. Die markt is nog relatief onontgonnen. Het bedienen van verschillende klantgroepen vinden we soms ongemakkelijk. Een gemeente zoekt vaak een homogene woonwijk en schuift bedrijventerreinen en wijken met veel kantoren voor zich uit. Maar bij de uitrol van het Mijnwater-concept profiteer je juist van de combinatie. Daar moeten we dus niet voor weglopen, maar we moeten het omarmen!”
Meer aandacht voor warmte-opslag
Verweij vindt het dan ook jammer dat in politiek en media het vooral lijkt te gaan over opslag van elektriciteit en over netwerkcongestie, terwijl de opslag van warmte in de zomer om aan de piekvraag in de winter te kunnen voldoen minstens zo’n groot vraagstuk is. Als je kijkt naar het gevraagde vermogen door het jaar heen, zie je een badkuipvormige curve. Een piekvraag aan het begin en aan het eind van het jaar en geen warmtevraag in de zomer. Enerzijds moeten we die curve zien af te vlakken door isolatie, maar ook hebben we dringend behoefte aan antwoorden op die piekvraag, want die blijft hoe dan ook bestaan. Marktpartijen, landelijke en lokale overheden: we moeten dit gezamenlijk gaan aanpakken met innovatieve concepten zoals Mijnwater ontwikkelt.”